Sporadisch succes. |
Vele pogingen hebben we dit jaar al ondernomen om weer eens samen te gaan vissen. Dit is een beetje lastig als je dan een weekje vakantie viert in Duitsland En zo was er altijd wel iets dat ons in de weg stond. Nu ineens lukt het dus wel en spreken we af het grote water op te gaan. De roofbleien en snoekbaarzen liggen ongetwijfeld al op ons te wachten.............
Dat ik niet veel meer bij de weg ben, is al snel duidelijk. Met het oponthoud wegens werkzaamheden aan een grote brug, is mij niet bekend en dus laat ik Henk weten dat ik in aantocht ben, maar dat ik enig oponthoud heb. Gelukkig arriveer ik tien minuten te laat toch op de bestemming. Henk is dan bijna zover om de boot te water te laten en zodra mijn spullen ingeladen zijn, gaat de boot het water in.
De harde stroom verraadt afgaand water en wij zijn enige tijd onderweg om de beoogde jachtvelden te bereiken. Ondertussen bespaart Henk de vele roeiers vervelende golfslag door tijdig snelheid te minderen. Wij vinden het immers ook niet prettig wanneer we vissend heen en weer worden geslingerd door heftige golven, die met name door snelle boten worden veroorzaakt.
Hiermee wil je niet in aanraking komen. |
Na enige tijd, laverend tussen de grote beroepsvaart, bereiken we onze eerste bestemming. Wij gaan op bezoek bij de roofbleien. Tenminste als ze thuis zijn. De elektromotor houdt ons keurig op de plek, zodat wij onbelemmerd onze aasjes kunnen presenteren. Die vinden wij echt de moeite waard en ze hebben zich ook al vaak bewezen. Dan kan het alleen nog maar aan de vissen liggen dat we geen aanbeten krijgen. Teleurgesteld druipen we af, met de boodschap dat we nog een keer terug komen vandaag.
Dan vaart Henk, die het water kent als zijn broekzak, naar de volgende stek. Ik laat de Minn Kota weer te water en even later liggen we in positie. Dat wil zeggen dat de boot zodanig ligt dat Henk zijn aasjes keurig langs een wand kan trekken, waar een schitterende stroming staat. Ook weet hij welke aasjes je hier het beste in kunt zetten en op deze manier weet hij drie baarzen te verleiden.
De "kolonel" blijft een vakman. |
Vervolgens besluit Henk een stuk te gaan slepen met kleine pluggen. In eerste instantie levert dit niets op of het moet het vast lopen van een plug zijn. Met beleid komt deze weer boven water en vervolgen wij onze tocht. Dan krijg ik een fijne beuk op de hengel en kan ik een hele dikke winde drillen. Niet echt de vis die we weer proberen te vangen, maar ik ben er blij mee.
Dan is het steile kantje aan de beurt. Langzaam varen we tegen de stroom op. Deze is inmiddels wel minder geworden met dood tij in zicht. Dit zal echter nog wel even duren en dan is onze visdag verstreken. Je kunt nu eenmaal niet alles hebben. Ik vis werpend de oever uit en Henk tast verticalend de bodem af en daar ontmoet hij een hongerige snoekbaars. Gelet op de mogelijkheden vandaag, is hij goed op dreef.
Geen echte roofvis, maar ik wordt er altijd weer blij van. |
Omdat het bij die ene vis blijft, gaan we terug naar de roofbleistek. Helaas is er nog steeds niemand thuis en druipen wij andermaal zonder succes af. Dit doen we langzaam, terwijl we proberen nog een snoekbaars te verleiden. Deze laten ons af en toe even weten dat ze er zijn, maar dat het nog geen etenstijd is.
Wij proberen ten slotte nog een "goede stek"......, maar vandaag dus niet. We hebben ons geen moment verveeld en hebben heerlijk gevist. Dan komt de uitspraak van mijn schoonvader weer van pas en deze luidt "verlaat het feest als het nog gezellig is". En dit is precies wat wij hebben gedaan en zodoende herinneren we ons een geslaagde visdag.
Bij de helling was het een drukte van jewelste. Er had zich heel veel jeugd verzameld en die genoten optimaal van het heerlijke weer in combinatie met het verkoelende water. Wij moesten een paar jonge dames vragen even plaats te maken voor het traileren en dit was geen enkel probleem. De jongens maakten geweldige sprongen om indruk te maken en om elkaars "krachten" te meten.
Wij maakten alles gereed voor de aftocht, hoewel we deze niet als zodanig hebben ervaren. De boot werd ontlast van alle materiaal dat wij vissers nu eenmaal meeslepen. Toen alles weer gereed was voor de reis naar huis, volgde ons afscheid in coronastijl. Gelukkig kende de brug geen hindernis op de thuisreis en had ik geen hinder van de files die ik onderweg aan me zag voorbij gaan. Ik ging de goede kant op!