Toch niet verleerd. |
We maken een keuze en maken er geen vroegertje van. De wind is echt heel hard en het water is iets gezakt, maar staat nog steeds hoog. We varen hard naar onze bestemming. Dit om het opspattende water buiten boord te houden. Wanneer we er even dwars door heen moeten, stort het opspattende water zich over ons heen. Dan hebben we onze eerste bestemming bereikt.
De hengels gaan in de steunen en we slepen redelijk diep. Voor de wind wel te verstaan. Op een putje maken we nog een ronde. Dan weer terug tegen de wind in. Het water is helder en er staan flinke golven, terwijl het donker weer is. Echt snoekweer ........... Wij merken er vooralsnog weinig van. Vlak bij de bodem. zowel grillig als vlak, op half water, niets en nog eens niets.
Wij houden het voor gezien. De motor mag weer aan het werk en we varen zo hard mogelijk tegen de wind in. Luus houdt zich vast aan de stoel om zowel op zijn plek te blijven als om de klappen op te vangen. Een rug vindt dergelijke spelletjes immers niet leuk immers.
Dan duiken we de luwte weer in. De enige plek waar je enigszins normaal kunt manoeuvreren. De hengels gaan weer in de steunen en we slepen kilometers lang op verschillende dieptes. Niemand thuis! Dan maar even pauzeren en verticalen, toch dus! Maar ook hier krijgen we geen enkele reactie op onze irritante aasjes.
Eindelijk weer lachen. |
Hè, hè. Eindelijk gebeurt er iets, we gaan vangen! Onze knapperd kan weer lachen...........
Het is niet dat we nu ineens wakker geschud worden door keiharde aanbeten, maar er wordt geaasd. Veelal kleine vis, vooral snoekbaars. Er komt ook een baars binnen. Maar veel aanbeten blijken kansloos om de vis op te haken.
De groene Playboy 135 heeft zich weer bewezen. |
Ten slotte weet Luus nog echt vast te slaan op een betere vis en zo komt er nog een laatste mooie vis binnen. We zijn erg content met nummer zeven.
We vinden het ondertussen welletjes en vertrekken, nu voor de wind varend. Bij de helling hebben we onze voorzorgsmaatregelen genomen en geleerd van de voorgaande dag. Zo blijven de natte voeten uit en kunnen we niet veel later vertrekken. We zeggen elkaar gedag en dan rijdt ik, na de boot te hebben afgetankt, naar de koffie. Blij dat we gegaan zijn, terwijl we geen collega's hebben waargenomen.