Al heel lang ken ik Maarten en zijn vader Ton. Ooit trokken we (mijn zoon deed toen ook nog mee) samen op bij de SNB (Snoek Studiegroep Nederland België). Ondertussen heeft Maarten al heel veel gezien van de wereld en zeker ook van de viswereld en al talloze schitterende resultaten geboekt. Vissen waarvan ik waarschijnlijk alleen kan blijven dromen. Dan is het extra leuk om toch iets toe te kunnen voegen en dit lukte helemaal.
Ik had mijn gedachten laten gaan over de wens van het vissen met de bellyboat en het vangen van een roofblei. Mijn idee ging uit naar een zandafgraving met een verbinding met de Waal en vanaf de oever van de rivier. Van te voren had ik samen met Greetje het terrein al verkend.
Nadat Maarten was gearriveerd zijn we vrijwel direct vertrokken. In de wetenschap dat we geen fototoestel bij ons hadden, omdat daar al beslag op was gelegd. Dit is dus zoiets als de goden verzoeken!
We begonnen direct te vissen, waarbij Maarten voor de dropshot koos. Zelf vis ik graag met kleine pluggen die diep duiken en zo langs het talud hun kunsten kunnen vertonen. Al snel haakte ik een mooie vis en een forse winde kwam met veel tegenzin naar de belly. Het lossen ging moeizaam, omdat de vis erg wild was. Even later was het alweer raak en een winde van het zelfde formaat (50+) kwam langszij. Omdat we geen beschikking hadden over een fototoestel, kon e.e.a niet worden vastgelegd. Nu is dat niet zo'n ramp want ik heb al vele mooie windes op de gevoelige plaat.
Even later bleek het wel erg. Maarten was over gegaan op een kleine Rapala jointed en hierin bleek zijn opponent bijzonder geïnteresseerd. De vis bleef diep en trok meerder keren een flink aantal meters lijn van de spoel. Uiteindelijk rolde er een kapitale baars in de oppervlakte. Deze kon goed worden geland en de meetlat werd er langs gelegd. Het was de grootste die Maarten tot nu toe heeft gevangen: 50 cm. Een mooi getekende en gekleurde vis ondanks de leeftijd en ondanks de afgesleten staart van een echte rivierbaars. Dit was dus de eerste vis van Maarten vanuit de belly!!
Wat we daarna ook probeerden, ons rantsoen voor deze middag was blijkbaar benut. We lieten ons op de keerstroom bij de rivier meevoeren en visten de stroom af met onze shads. Ook werden de kleine pluggen weer ingezet, maar het bleef stil. Omdat we 's avonds vanaf de oever wilden vissen, gingen we terug naar het startpunt. Onderweg genoten we van het schitterende weer, de buizerds en de ijsvogels. Een paradijs dus, zowel boven als onder water.
Na het heerlijke eten thuis, lieten we de bellyboaten achter en gewapend met lange stokken togen we naar de rivier. Voor Maarten een gigantische plas zonder echte aanknopingspunten. Een ervaring die ik zelf heel goed ken. Ruim twintig jaar geleden wist ik ook niet wat ik er mee aan moest, toen ons gezin zich in Tiel vestigde. Ondertussen zit ik regelmatig met de boot op de rivieren en herken ook de kansrijke plekken vanaf de oever. Hoofddoel was dus de roofblei. Het wilde in het begin niet vlotten en deze situatie vertoonde verdacht veel gelijkenis met de namiddag vanuit de belly. Toch kon ik Maarten op enig moment melden dat ik een mooie vis had gehaakt. Op grote afstand, in de nering, had de baars de shad gegrepen. Ook dit was een mooie grote vis van 43 cm en de kenmerkende rivierstaart.
Bij Maarten wilde het nog niet vlotten. We besloten naar een andere plek te wandelen. Eerst lasten we nog een koffiepauze in, omdat Greetje zo vriendelijk was met de koffiekan langs te komen. Genietend van de avondzon, zaten we zo een poosje om ons heen te kijken. Een impossante wereld van stromend water en veel grote schepen. Weidse oevers tot de dijken, vol met bloemen en vee. Daar maakten wij deel vanuit, op zoek naar die nietige speld in de watermassa.
Maarten en ik zochten de beoogde stek op en Greetje sloeg ons nog een poosje gade. Na enige tijd met mijn Long Cast Minnow van Rapala te hebben geworpen, meldde Maarten een grote vis die het aas tot dicht onder de kant was gevolgd. Even later stond hij met een kromme hengel en kon ik het schepnet gaan hanteren. Met dit soort vissen, evenals windes, vind ik een schepnet een uitkomst. De vis werd onthaakt en opdracht twee was ook uitgevoerd: het vangen van een roofblei.
Even later pakte een mooie snoekbaars ook nog de minnow en was de avond helemaal geslaagd.
Na een flinke nachtrust werden de belly's weer ingeladen en gingen we naar een totaal andere omgeving.
Dit bood Maarten de gelegenheid om in meerdere omstandigheden te ervaren wat je zoal kunt met een belly, maar ook de beperkingen die het biedt. In een industriële haven gingen we aan de slag. Er stond een stevige bries en we hadden behoorlijk wat werk om er tegenin te komen. Ondertussen visten we secuur en intensief in zowel de oevers, langs kaden, op half water als op de bodem. Ondanks de vele futen, die toch duiden op een goede visstand, bleek dat er niemand thuis gaf. Wij genoten desondanks van de ongeving met ijsvogels en rijpe bramen.
Na een plasstop ging het verder. Het weer begon slechter te worden. De lucht trok dicht en de wind aan. Het wisselen van kunstaas ging voort, want we wilden toch nog wel wat actie zien. Die kwam toen ik bij de eerste worp met een Rattlin Rapala een snoek wist te haken. Het werd een indrukwekkende dril, die Maarten mooi heeft vastgelegd. Toch fijn zo'n toestel! Na talloze sprongen en een gierende slip, kon ik hem eindelijk landen. Niet extreem groot, maar een vis die ik met veel ontzag en bewondering in mijn handen hield.
Snel daarna werd het vrijwel onmogelijk om nog relaxed te vissen. Een doos met shads gleed uit de slappe tas op mijn oude belly. Bij de Mac kan dit niet meer gebeuren. Gelukkig wist ik de doos nog te redden. Even later woei mijn pet af en besloten we dat het mooi was geweest. We lieten ons door de aangewakkerde wind terugblazen naar de landingsplaats. Thuis gekomen hebben we nog even rustig nagepraat en genoten van de schitterende herinneringen die we blijven delen aan deze trip.